Gideon van Gelder - Perpetual (Waardering Muziekwereld) 10
Hij zweeft over zijn klavier. De ene keer virtuoos en energiek, de andere keer heel ingetogen en intens. Hoe Gideon van Gelder ook speelt, hij weet altijd de juiste snaar te raken. Zijn debuutalbum Perpetual toont dat de Groninger, die weer terug is in Nederland, na drie jaar avontuur in NYC, enorm is gegroeid en duidelijk zijn eigen stem heeft gevonden. Het ging hem al voor de wind in Nederland, waar hij regelmatig terug te vinden was in topformaties met onder meer Benjamin Herman en Hans Teeuwen. Ook in New York zag zangsensatie José James zijn talent, waarmee hij meerdere tournees deed en te horen is op diens tweede album Black Magic. Inmiddels volgt Van Gelder zijn eigen weg met een in New York geformeerd sextet met bekende Nederlandse namen Flin van Hemmend en Lars Dietrich, aangevuld met talentvolle Amerikanen Rick Rosato, Becca Stevens en Lucas Pino. Perpetual is een album vol contrasten: complex doch toegankelijk, lyrisch en abstract tegelijk, energiek en opzwepend tegenover ingetogen en klein. Het album staat vol met zelfgeschreven moderne composities, geïnspireerd door voorbeelden als Andrew Hill, de Braziliaanse touch van Toninho Horta en filmmuziek van John Williams. Met name het filmische aspect is sterk aanwezig in stukken als opener Wave, Glow en de titelsong. Van Gelder sprankelt met zijn collectief. Zijn thema’s zijn sterk, melodisch, ritmisch en dynamisch tegelijk. Gewaagd ook, zoals bij Perpetual, waarbij Becca Stevens in hoge zuivere noten haar woordloze zanglijnen laat samensmelten met het collectief. In sommige stukken gebruikt de pianist annex componist complete akkoorden en harmonieën die lekker dissonant klinken en vervolgens prachtig in elkaar oplossen. Als een suspense bouwt Van Gelder zijn plaat op met doeltreffende solo’s. Goed gebalanceerd ook, want de pianist maakt uitstekend gebruik van de kwaliteiten van zijn collectief. De afwisseling van solisten en de vorm van zijn composities doen veelal denken aan korte suites, zoals bij de ballade Lullaby, waarbij saxofoon, piano en zang centraal staan. De drie stemmen vormen een vloeiend en uniform geheel, die ook afzonderlijk hun eigen verhaal vertellen en een open sound creëren. Dat is een verademing, want Van Gelder speelt met ruimte en rust. Ondanks dat hij en met name Lars Dietrich en Lucas Pino virtuoos spel vertonen, is er nergens sprake van overmatig noten spuwen. De solo’s zijn weloverwogen en juist door die rust te benutten, zoals in het contrasterende Who’s Afraid Of Red, Green And Bright Light? En het toepassen van vele tempowisselingen, weet de pianist heel goed de aandacht vast te houden. Kortom, Gideon van Gelder draagt zijn band naar een hoog artistiek niveau en maakt daarbij grote indruk.
Gepubliceerd op Muziekwereld: 9 juli 2010